*Art. in De Gids ARTICLE

Title *Art. in De Gids
Is same as work *Art. in De Gids
Author Unknown journalist (to be identified)
Reference
Place
Date 1881
Quotation
Type ARTICLE
VIAF
Notes ['Journalist: G.V.\r\n\r\n[p.571]\r\n"De Familiebode, Uitspanningslectuur. Hoofdredactrice\r\nMelati van Java. Schiedam, Van Zeyl, 1881.\r\n\r\nTijdschriften schieten welig op in ons land en zoo zij al niet\r\nallen welig tieren blijven, behoudt toch een eerbiedwekkend aantal\r\ngedurende een soms vrij langen tijd het leven. Hoe? — dat zouden\r\nuitgever en redactie, gesteld dat zij tot zoo iets overgingen, ons\r\nmenigmaal niet zonder ach- en weegeklaag kunnen toevertrouwen.\r\nGehoopte abonnés, die uitblijven; beloofde medewerking, waarvan\r\ngeen regel schrifts komt; een volijverige redactie, wie\'t voortdurend\r\naan tijd ontbreekt; afleveringen, die te laat verschijnen, die onbeduidend\r\nzijn of minder dan het toegezegde aantal bladzijden inhouden, —\r\nhoe menig week- en maandblad leeft niet op dergelijke wijs, zoowel\r\nin letterkundigen als in geldelijken zin, van de hand naar de tand?\r\nEn toch geeft niemand er den moed om op. Valt er een, aanstonds\r\nverrijst een ander in zijn plaats. Is de B a n i e r in het gewoel\r\nverdwenen, geen nood, daar schiet A s t r e a aan de kim op. En\r\nmen wacht zelfs niet tot er een te vervangen is. Er schijnen steeds\r\nbehoeften te bestaan, waarin men welmeenend voorzien wil. Nu\r\neens ontbreekt er dit, dan weder moeten wij dat hebben in den trant\r\nvan het buitenland, of doet zich "ten zeerste" het gemis gevoelen\r\naan. . . . iets anders. Een prospectus wordt in zee gezonden, eenige\r\nleesgezelschappen teekenen in en zoo gaat men onder zei], v o g u e\r\nla g a l è r e !\r\nReeds voor een paar weken had ik bij het doorbladeren der\r\nadvertentiekoiommen van de dagbladen de aankondiging van het\r\nnieuwe weekblad De F a m i l i e b o d e gelezen, maar zonder er eenige\r\nbizondere aandacht aan te schenken. Encore un, a l l o n g ez\r\nla s o u p e, — is de gedachte, die dan onwillekeurig oprijst, en\r\nmen gaat voorbij. Maar nu het proefnummer mij ter bespreking\r\ntoegezonden werd, nam ik mij voor mijn vernuft eens te spitsen in\r\nhet laden der "behoefte", waarin Melati\'s weekblad zou moeten\r\nvoorzien. Ik ried, of raadde, nu ja allerlei dingen, maar daar zij\r\ntoch alle mis waren, zal ik ze u uiet herhalen. Het eenvoudigst\r\nis om over te nemen wat het prospectus er van zegt. Ziehier:\r\n"De negentiende eeuw is meermalen niet ten onrechte een eeuw\r\nvan vooruitgang genoemd. . . . "\r\n\r\n572 BIBLIOGRAPHISCH ALBUM.\r\nLezer, ik pauzeer even om u de gelegenheid te geven met mij\r\ndien breeden opzet van een prospectus voor "uitspanningslectuur"\r\nte bewonderen, en ik gun mij het genoegen dien statigen aanhef\r\nte herhalen.\r\n"De negentiende eeuw is meermalen niet ten onrechte een eeuw\r\nvan vooruitgang genoemd; zeker is zij dat ook op het gebied der\r\nletterkunde, maar hoe dikwijls vallen de vruchten onzer letterkundigen\r\n(het pennenooft natuurlijk) door een te hoogen prijs buiten\r\nhet bereik van iedereen." (Iedereen!. . . . nu, eer een ieder zich een\r\n» letterkundig hoen in zijn pot veroorloven kan!)\r\n"Daarom besloot de uitgever, van verschillende zijden daartoe reeds\r\nmeermalen aangemoedigd (het doet goed zoo\'n ouwerwetsche overlevering\r\ngehandhaafd te zien!), in navolging van het buitenland (heb\r\nik \'t u niet gezegd?), dat helaas! ons ook op dit gebied ver vóór\r\nis, tot de uitgifte van een nieuw tijdschrift, dat om den inhoud door\r\neen ieder begeerd (!) en om den prijs voor een ieder verkrijgbaar is". . .\r\n(die zich nl. kip permitteeren kan).\r\n"De FAMILIEBODE wil in die \'lang bestaande behoefte voorzien."\r\nMooi zoo! een prospectusstijl moet er blijven bestaan; de nieuwere\r\nschrijvers verlieaen den eerbied voor het onderscheid in stijlsoorten\r\nte veel uit het oog. Het doet goed de door den tijd bezegelde\r\nvormen te zien betrachten.\r\nDe uitgever duide mijn scherts over zijn prospectus niet euvel.\r\nHet zijn, zou hij terecht moge opmerken, goedkoope aardigheden,\r\nover elk prospectus te maken. Zeker, het eene prospectus is het\r\nandere waard, en de uitgever van den F a m i l i e b o d e heeft zelfs\r\nop het terrein van "lang bestaande behoeften" een gelukkige vondst\r\ngedaan met zijn gemis aan een goedkoop tijdschrift, sedert er, als\r\nik \'t wel heb, geen stuivers- en penningmagazijnen meer bestaan.\r\nDe zaak is dat ons klein land te veel tijdschriften heeft. Niet dat\r\ner niet een paar nieuwe gedacht kunnen worden, welke in zoover\r\n*n een leemte voorzien, dat zij zekere soorten van litteratuur stelselmatiger\r\nen smakelijker zouden kunnen bezorgen dan thans geschiedt,\r\nmaar er zijn in ons land te veel tijdschriften, die dezelfde velden\r\nafjagen. Er worden te veel gelijksoortige schotels opgedischt. En\r\ndaarom is men wel eens geneigd een loopje te nemen met de "behoeften,"\r\ndie telkens blijken sedert lang voorziening te eisenen.\r\nWat mij betreft, ik wil gaarne aannemen dat Melati\'s weekblad\r\n\r\nBIBLIOGRAPHISCH ALBUM. 573\r\nwerkelijk voor de een\' of andere behoefte van pas komt. Zonder\r\ntwijfel is het zeer goedkoop, het goedkoopste onzer periodieken,\r\n(ƒ 2 \'s jaars), en heeft het daardoor kans op een ruime verbreiding,\r\nook buiten den kring van leesgezelschappen, anders de voornaamste\r\n"afnemers" van tijdschriften. De naam der redactrice zal daartoe\r\nhet hare bijdragen; zij schijnt populair te zijn onder het groote\r\npubliek, dat op de ktrerkundige markt slechts "uitspanningslectuur"\r\ninslaat, een publiek, dat wel steeds de meerderheid zal blijven uitmaken.\r\nWanneer ik mij hier eenigszins omzichtig uitdruk, dan geschiedt\r\ndit alleen, omdat ik, van deze schrijfster niet anders kennende\r\ndan een paar eerstelingen, niet beoordeelen kan op welke hoogte zij\r\nthans staat en dus slechts nazeg, wat ik nu en dan toevallig over\r\nhaar vernam.\r\nHet proefnummer van den F a m i l i e b o d e beantwoordt aan de\r\nvoorstelling, welke men zich van zulk een blad vormt. Behalve een\r\nnovelle en een geschiedkundig opstel, welke vervolgd zullen worden,\r\nkomen er een beschrijving van een paar Javaansche meren en eenige\r\naphorismen in voor. De novelle eindigt in deze aflevering met een\r\nspannend tooncel, zooals een groote veertig jaren geleden door het\r\nfeuilleton-genre ingevoerd werden. Het geschiedkundig opstel handelt\r\nover grootvorst Alexis, den ongelukkigen zoon van Peter den\r\nGroote, de l\'histoire connue, op populaire wijze naverteld. De aphorismen,\r\nonder den titel van Stuifmeel als bladvulling aangebracht,\r\nzijn vrij onbeduidend; zij munten evenmin door oorspronkelijkheid\r\nvan gedachte als door puntigheid van vorm uit. Over het geheel\r\nkan ik mij echter begrijpen dat dit weekblad aan den smaak van\r\neen wellicht niet gering gedeelte onder het lezend publiek zal voldoen;\r\nmij dunkt dat het met goed gevolg de zoo even reeds genoemde,\r\nvroegere stuivers- en penningmagazijnen vervangen kan.\r\nEn daarom wensch ik den F a m i l i e b o d e gaarne: goede reis en\r\nbestendig welzijn!"\r\n\r\n(credits:De Digitale Gids, www.arik.nl (non-OCRed scans of original pages))\r\n\r\nhist.mrt14']
In this reception

No persons found

Via received works
De familiebode : uitspanningslectuur Nicolina Maria Sloot