Notes |
['Aan den lezer\nHet talent van den Romanschrijver is dan zeker het onbetwistbaarst, wanneer hij, gelijk de ontleedkundige de verborgenste samenstelling des lichaams naspoort en oplost, met een scherpe blik en fijne waarnemingsgave in de diepten van het zieleleven doordringt [... etc. ./..] Hij treedt dan voor ons op in een belangrijke gedaante, als de tolk, wien het door vlijtige studie gelukt is, het schrift, waarin het geheimzinnige boek van ons geestelijk bestaan geschreven is, enigszins te ontraadselen. [..]\nDat talent nu zal men aan de Gravin van Hahn-Hahn, van welke een der meest geroemde opstellen hierbij aan het Nederlands publiek wordt aangeboden, geenszins kunnen ontzeggen.\nOf die opstellen overigens aan de vereisten van de Roman, gelijk die door de regelen der kunst bepaald zijn, voldoen, kan met enig recht worden betwijfeld. Men heeft aangemerkt, dat zij geen geregeld plan des verhaals ontwerpt, de delen en episoden van hetzelve niet in het nauwste verband met elkander brengt [..etc.../.]\nMaar ter vergoeding hiervoor bezit zij die kracht der verbeelding, welke geheel nieuwe, belangrijke en toch niet onwaarschijnlijke situaties weet uit te vinden; het vermogen, om een waarlijk edel en groot karakter, dat tevens waar kan zijn, te scheppen. [hier:] Een vrouw wilde zij schetsen, welke door bijzondere levensomstandigheden, die buiten haar wil lagen, tot de opvatting van een zeer moeilijke levenstaak wordt gedrongen. Zij leert de gehele omvang van de haar opgelegde plicht inzien, en besluit met vaste wil haar leven aan deszelfs vervulling te wijden. Zij vindt de nodige kracht, om in dat besluit te volharden, vooral in de overtuiging, dat zij op haar post door de hand Gods gesteld is. [...//.]\nDat de lezer het schone en verheffende van zulk een denkwijze, de ongewone luister van zulk een karakter, dikwijls met een gevoel van innig welgevallen moge opmerken is de wens van\nden Vertaler.\n(n.p.)']
|