Notes |
['[p.378]\n"Het drama vertoont eene eigenaardige samensmelting van twee verschillende intriges; de eerste is ontleend aan eene novelle uit de Heptaméron (1558) der koningin van Navarre 3) , de laatste is misschien van eigen vinding. Aan denzelfden Franschen bundel ontleende Voskuyl ook den inhoud van de Kuyssche Roelandyne (1635) 4) .\n\n 3) Nl. aan de 24ste novelle; vgl. Tijdschrift, t.a.p., blz. 81-83.\n 4) Aan de 42ste novelle; vgl. Tijdschrift, t.a.p., blz. 84, 85)."\n\n[p.380]\n"Voor De Boelerende Avantvrade met de kuysche Florinde (1639) maakte hij gebruik van de 10de en vooral van de 32ste novelle uit \n\n[p. 381]\nde Heptaméron 1) en op dezelfde wijze handelde hij met de Fiameta (1640), die aan de 51ste en de 12de novelle van dienzelfden bundel ontleend is 2) . De drama\'s van Voskuyl schijnen niet bijzonder in den smaak te zijn gevallen en slechts twee er van zijn herdrukt.\n 1) T.a.p., blz. 249-254.\n 2) T.a.p., blz. 256-259. "\n\n[p.456]\n"In de Klucht vande Saus (1657) 1) van een onbekenden schrijver maken een paar gauwdieven zich meester van een stuk vleesch, dat een oude man juist op de markt gekocht en gelast heeft in huis toe te bereiden. De vrouw gebruikt de afwezigheid van haar echtgenoot, om een jongmensch binnen te laten, dien zij, als haar eenoogige man terugkeert, redt, door dezen de hand voor het eenige goede oog te houden 2) . AIs de dieven weerom komen, om ook de saus te halen, die bij het gebraad hoort, loopen zij een pak slaag op.\n\n 1) Herdrukt in 1679.\n 2) Een dergelijk verhaal komt reeds voor in de Gesta Romanorum, ook in Les Cent Nouvelles Nouvelles, 16, in de Heptaméron, 6, en bij Bandello."']
|