Beroemde schrijvers: George Sand WORK Netherlands

Title Beroemde schrijvers: George Sand
Is same as work Beroemde schrijvers: George Sand
Author Dirk Christiaan Nijhoff
Reference
Place Netherlands
Date 1877
Quotation
Type WORK
VIAF
Notes ['titres discutes:\n- Indiana (p. 19-26)\n- Lelia (p. 26-30)\n- Elle et Lui (31-36)\n- Lettres d\'un voyageur (37-42)\n- Consuelo (43-51)\n- La Mare au diable (51-54)\n\np. 2\n[...] Groote vrouw! hoe zullen wij in staat zijn, om enigszins uw arbeid te ontleden en naar waarde te schatten? Hoe zullen wij de diepte van uw gedachten kunnen peilen en de gouden appelen van uw poezie in zilveren schalen kunnen aanbieden? [...]\nToch waag ik mij een dergelijke onderneming. Droeve ervaringen van dergelijken aard, als waaronder gij hebt geleden, hebben mij althans geleerd u te begrijpen. [...] Welnu, zoals ik u heb begrepen, aangetrokken als ik mij gevoelde door gewaarwordingen van denzelfden aard, die voor u de bron uwer poezie zijn geworden, wil ik trachten u te doen begrijpen aan anderen.\nIk grijp deze taak met te meer ingenomenheid aan, omdat al wat tot heden na den dood van George Sand in ons vaderland is in het midden gebracht, de bewijzen draagt van niet genoegzaam in den geest en den arbeid dier vrouw te zijn doorgedrongen. Hoewel de verschillende beoordelaars van haar leven, wier beschouwingen mij onder de oogen kwamen, wel niet meer stonden op dat oude standpunt, waarbij George Sand beschouwd werd als de incarnatie van al den hartstocht der vrije liefde, zoo bleef er toch genoeg van dat vooroordeel bij allen over, om hen min of meer verblind te maken voor de enige grootheid van deze vrouwelijke verschijning. Het Hollandsch publiek, gaarne geneigd om zich zelf te koesteren in de schaduwen der grote genieën, is dus naar mijne meening nog op een dwaalspoor bij hare waardering van den arbeid dezer vrouw. [...]\n\np. 17\nHet heeft mij sterk bevreemd, dat ik bij ons Hollandsch publiek zoo betrekkelijk weinig bekendheid heb waargenomen met de produkten van deze fransche romanschrijfster. Niettegenstaande toch waarlijk de Revue des deux Mondes in ons land genoegzaam is verspreid, niettegenstaande de naam van GS vele tientallen jaren op zooveler lippen heeft gezweefd heeft een groot deel van ons Hollandsch publiek het niet verder met zijne kennis van de werken van deze schrijfster gebracht, dan tot de Madll la Quintinie. Door dit werk heeft zij een grote mate van populariteit in Holland /\n18\nverkregen, maar ook bijna alleen door dit werk. En geen wonder! want ons publiek, voor het grootste gedeelte theologisch ontwikkeld, vond daarin destijds voedsel en prikkel tot strijd voor zijn geest. De Evangelische Maatschappij, onder wier hoede een vertaling van dien roman het licht zag, werkte krachtig mede, om dien strijd te verlevendigen. [...]\n\np. 31\n[commentaar op de "vooringenomenheid" die spreekt uit het art. van Hooyer in de Gids van dec. 1876 ("Bij het graf..."), met "primitieve gedachten over G. Sand"]\np. 32\n[citaat uit dat artikel]\np. 33\nTot dus verre de Gids. - Wij hoorden hier kortelijk van G. Sand, dat zij het zinnelijke in de liefde tot het walgelijke uitspint en wat haar verhouding tot A. de Musset aangaat, dat zij A. de Musset den genadeslag heeft toegebracht [...]\nDroomde ik of stond dit werkelijk in de Gids? Maar laat dan toch de schrijver van dergelijke artikelen voor het eerste tijdschrift van ons vaderland, alvorens van uit het standpunt zijner moraal, een G. Sand te veroordelen, hare schriften lezen en met haar vertrouwd worden. Dan zal hem ten eerste blijken, dat het slechts een vooroordeel is tegen deze vrouw, als hij van haar beweert, dat zij met welbehagen het zinnelijke in de liefde tot in \'t walgelijke uitspint. Zulke oordeelvellingen mogen een P. de Kock en Al. Dumas treffen, op G. Sand zijn ze zeer onbillijk toegepast. [...]\n\np. 47\nWonderlijk waren de gaven, door onze schrijfster aan deze geboren kunstenares [Consuelo] toegekend. Het was alsof de kunst haar had geleerd, om een intuitieven blik in het lijden van haren evenmensch te werpen, om dezen te verstaan.\nIk zeg dit vooral met het oog op een zeer eigenaardige nieuwe figuur uit den roman: op den eenigen zoon van den graaf Christiaan de Rudolstadt, Albert geheten. Albert! Welke een type! O, mijne lezers! Wilt gij enigszins aan de hand van uw romanlektuur diepe blikken leren werpen in de mysterien van het menschelijk leven; staat dan peinzend stil met uw gedachten bij dezen Albert. [...]\n\np. 54\n[over La Mare au diable]\nWie na zulk een lectuur nog durft te zeggen, dat deze schrijfster bij voorkeur de zinnelijke zijde van de liefde ontleedt, verstaat van hare poezie niets, maar begrijpt ook het ware wezen der liefde niet. [..]\n\np. 64\n[...] Door den hoogsten strijd was deze dichteres tot den hoogsten vrede gekomen. Met gansch haar ziel had zij alle problemen van haar tijd mede doorleefd. Doch hoe deze haar ook aangrepen tot in merg en been, door de kracht van haar poezie en haar geloof is zij er boven blijven staan. Heerlijk voorbeeld voor onzen tijd! GS leert ons, hoe wij door de stormen en orkanen van het leven heen, toch met de olijftak des vredes in de hand, zegevierend daaruit kunnen opstaan. Groote vrouw! Leer ons aan uwe voeten gezeten ons eigen hart verstaan, dan zullen wij ook uwen vrede leren kennen; wij zullen te midden onzer grootste zwakheden van onze kracht ons bewust blijven en met u alles onderzocht hebbende, het goede behouden.\n\nCit. in W. van den Berg in George Sand lue a l’etranger, p. 126, 128.\n\nsvdmay09']

No works found

In this reception
comments on person Sand, George (pseud.)
Via received works

No persons found