*Mention in Art. in De Gids ARTICLE Netherlands

Title *Mention in Art. in De Gids
Is same as work *Mention in Art. in De Gids
Author J.H. Hooijer
Reference
Place Netherlands
Date 1886
Quotation
Type ARTICLE
VIAF
Notes ['In art. on Tolstoi,\n\n[p.7]\n“Gewone talenten en beginnende schrijvers zoeken doorgaans\nhet poëtische, het aandoenlijke buiten de werkelijkheid, in een\nzeldzamen samenloop van de omstandigheden. Wat zoo alle\n-dagen voorkomt kan niet belangwekkend zijn. Een binnenhuisje,\neen scènetje tusschen echtgenooten of gelieven, hoe burgerlijk,\nhoe bij den grond!\nMaar geeft Göthe, geeft Thackeray of Eliot, geeft Tolstoi\nof Tourguenef de pen eens in de hand! "Waar is het burgerlijke,\nlaffe en huisbakkene gebleven! Hoe tintelt het\ntafreel van luim en poëzie! Het zit niet in het voorwerp\ndat wij schilderen, in het onderwerp door ons bezongen,\nin den versmaat, in den vorm. Het zit in de opvatting.\nHet schokkende, roerende, aangrijpende staat niet alleen en\nafgezonderd op zichzelf. Het is met \'t alledaagsche nauw verweven.\nHet aandoenlijke en het komische raken elkander en\n\n8 GRAAF LÉO TOLSTOI.\nloopen soms ineen. Te midden van de tragische verwikkelingen\nder gebeurtenissen doen de nuchtere eischen van de werkelijkheid\nzich gelden. Te midden van den pathos, dien een\nzwaar lijden, een geducht gevaar, een wegsleepende hartstocht\nkunnen geven aan ons bestaan, blijven ons gewone dingen bezighouden,\nafleiden, troosten. Wie hier niet mede rekent, dien zal\nhet nooit gelukken ons een waar, aangrijpend beeld te teekenen\nvan het leven, van den mensch.\n[…]\n\n[p.10]\n[…]\nDit treft ons bij Tolstoi: de hooge eenvoudigheid van zijn\nbeschrijvingswijze. Legt men hem naast de Engelsche humoristen,\nDickens, Thackeray, dan is hij minder gezocht. Zijn opvatting\nherinnert soms aan Eliot. Maar hij is grooter beeldend kunstenaar.\nIs hij realist, is hij idealist ? Beiden ! Tolstoi is in\nde eerste plaats mensch, en dus om beurte bij de werkelijkheid\nen met zijn ziel daarboven.\n\n[p.18]\n[…]\nEen vrouw werpt\nzich onder de raderen van den trein. Hoort nu wat Tolstoi zegt;\nZij wil terug, maar voelt zich aangegrepen, meegesleurd. “O\nGod vergeef mij” heeft zij nog den tijd te bidden. Donderend\nrolt de spoortrein voort. Een treinbediende op de loopplank\nstaande buigt zich voorover naar den weg. ffEn het licht dat\nvoor de ongelukkige het boek van het leven met zijn kwellingen,\nzijn verraad en zijn lijden beschenen had, de duisternis\nverscheurend, vlamde helder op, blikkerde nog even heen en\nweder, en werd uitgebluscht voor eeuwig."\nAlleen aan geniën als Sophocles, Shakespeare, Eliot of Tolstoi\nis het vergund het vreeselijke aan te tasten zonder in gevaar te\nkomen ruw geweld aan het gevoel te plegen. Zij mogen dit\ndoen omdat zij een verheven geest bezitten die \'t ijzingwekkende\ntot zijn eigen hoogte optrekt, den ontzaglijken ernst der\ndingen ons te aanschouwen geeft: een aanblik die niet afstoot,,\nmaar verheft."\n\n(credits:De Digitale Gids, www.arik.nl (non-OCRed scans of original pages))']

No works found

In this reception
mentions person George Eliot
Via received works

No persons found