| Notes |
['Journalist: C.\n\n[p.431]\n"Hedwig, door Mevr. Mackenstein-Koning, schrijfster\nvan Beelden en Omtrekken naar het leven. Te Amsterdam,\nbij JU. W. Mooy. 1856.\nIn de voorrede deelt de schrijfster ons mede, dat zij eene huismoeder\nis, en dat men eene goede huismoeder kan zijn en toch romans\nschrijven. Welzeker, wie kan er wel geen romans schrijven? d. i.\neen boek van eenigc vellen, waarin Mej. B., eene ongelukkige liefde\nheeft voor Mijnheer A., en waarin de zon opkomt en de maan schijnt;\nwaarin d\'e boosheid gestraft wordt en ze ten laatste mekaar krijgen. Het\nregent immers romans, en waarom zou deze schrijfster nu alleen hare\nschrijfjeukte bedwingen ? "Vraagt ge echter ons oordeel over dezen roman:\nhet wordt in drie regelen gegeven. Hedwig is\nEen huisselijk verhaaltjen;\n\'t Is alles even lief en laf; o\nOch, neemt het voor een staaltjen,\nvan hetgeen de romanliteratuur ten onzent dagelijks oplevert."\n\nnegative\n\n(credits:De Digitale Gids, www.arik.nl (non-OCRed scans of original pages))']
|